Paradise in the backyard

Het is heerlijk stil. Ik zit op mijn zelf in elkaar getimmerde bank in een hoek van de tuin, onder een grote parasol, waar ik alles kan overzien. De frambozenstruiken staan op dit moment van de dag nog volop in de zon. De framboosjes zuigen de warmte dankbaar op en groeien, bijna zichtbaar, dagelijks uit tot rijpe snoepjes die me uitnodigen om geplukt te worden. Elke dag mag ik een handje vol van deze rode sappige vitaminebommetjes oogsten die ik meestal tijdens het plukken al meteen, dankbaar genietend, in mijn mond steek. Het zijn van die kleine geluksmomentjes waarbij ik me, omringd door zoemende pluizige hommels en fladderende vlinders, even in de hof van Eden waan. Er gaat niets boven vers geplukt zongerijpt fruit uit eigen tuin. Wat een rijkdom!

Alles is rustig. Het is een warme dag. Zo een die me herinnert aan mijn leven in Spanje waarin ik maanden lang in korte broek en hempje rondliep en elke dag bij het opstaan zeker wist dat de zon scheen. Vandaag voel ik die warmte weer op mijn huid en geniet van het Spaanse sfeertje dat dit in mij losmaakt. Ik waan me weer even op dat mooie eiland en doe dan in gedachten net of daar achter de hoge bomen het strand ligt en ik er op mijn slippers, en met mijn badhanddoek onder de arm, zo weer naar toe kan lopen om te gaan zwemmen. Het is het kind in mij dat gelooft dat ze kan toveren. Dat, al ze er maar hard genoeg aan denkt en het zich verbeeld, het werkelijkheid wordt. Ik laat ze in die waan en geniet samen met haar van de fantasierijke werelden die zij me laat zien. Op dat moment is het gewoon even "onze" waarheid.
Je kunt je hersenen best makkelijk voor de gek houden. En doen we dat ook niet dagelijks? Door dingen aan te nemen waarvan we eigenljk niet helemaal zeker weten of ze echt waar zijn maar ze gewoon willen geloven? En doet het er eigenlijk wel toe? Want wie weet het nu eigenlijk écht? Zoveel mensen, zoveel waarheden. En dat vind ik best een mooi idee.

Het gekriebel van een vliegje op mijn onderarm haalt me uit mijn dromerijen en ik richt me weer op de tuin.

De vlinderstruik wiegt zachtjes heen en weer op het warme zomerbriesje. Het is ieder jaar weer een feestje als de prachtige bloemen open komen en met hun geur de mooist gekleurde vlinders aantrekken. Terwijl ik er naar kijk hoor ik de bladeren van de kronkelwilg, hoog in de kruin, ruisen in de wind. Het ruisen van de bomen werkt op de een of andere manier altijd erg rustgevend op mij. Gek eigenlijk hoe dit ruisen meer stilte kan brengen dan bijvoorbeeld een geïsoleerde, geluidloze kamer. Waarschijnlijk omdat er verschillende soorten stiltes bestaan. Je hebt een stilte die meetbaar is; bepaald wordt door het fysieke oor. En eentje die te maken heeft met "het innerlijk oor" en met ieders persoonlijke gevoelswereld waardoor iedereen vía verschillende geluiden een zekere mate van vrede, rust en verstilling kan ervaren.
Het feit dat bomen uit zichzelf niet kunnen bewegen en het heel hun leven moeten doen met de plek waar ze opgroeien, fascineert mij. Ik probeer me in te leven hoe dat moet zijn. Je kunt je voeten niet verplaatsen en bent afhankelijk van de omgeving om beweging te ervaren, zoals door wind, regen, vogels. Natuurlijk zijn bomen diep van binnen altijd in beweging anders zouden ze niet groeien, zou de sapstroom niet bestaan en zouden bladeren niet vallen en aangroeien. Dat is waarschijnijk waarom ik bomen altijd zo wijs vind overkomen. Ze zijn stil, in het hier en nu, doen hun ding en kijken oordeelloos neer op de wereld. Ze bieden ons schaduw en zijn een schuilplek voor vogels en andere dieren. Er zijn zelfs bomen die getuigen zijn geweest van hele mensenlevens. Ze lijken een sereen bewustzijn te hebben waar wij mensen nog veel van kunnen leren.

Ik bedenk me wat een ander leven de bomen en planten hebben in vergelijking met de dieren en de mensen die over het algemeen vrij rond kunnen bewegen; de wereld over kunnen vliegen of reizen, en zich hier vaak helemaal niet bewust van zijn. Wij hebben amper besef van het hier en nu, besteden zelden aandacht aan onze in- en uitademing of onze voetzolen die bij elke stap de aarde aanraken. We zijn meestal bezig met de toekomst, met nog meer willen, nog meer moeten, nog meer haasten, nog verder weg op vakantie, altijd op weg naar straks of daar … niet zelden vluchtend voor onszelf, voor de stilte en leegte die voelbaar wordt als we even stil blijven staan zonder iets te doen. Even niets, alleen maar ons lijf voelen en onze voeten op de grond. Een paar keer diep in en uitademen kan ons al bewust maken van het hier en nu, wat automatisch zorgt voor ontspanning in heel ons lichaam. Zijn zoals een boom, stil blijven staan en niet weglopen, diep voelen en je innerlijk laten bewegen en raken door het leven … naar binnen keren en thuis komen bij jezelf ... het blijft een hele kunst.

Mijn gemijmer wordt bruut onderbroken door het gekrijs van een ekster. Nieuwsgierig om zich heen kijkend zit hij op de schuttingrand (net lang genoeg om zijn prachtige glanzende veren in het zonlicht te kunnen bewonderen) om vervolgens met nog meer gekrijs weer weg te vliegen.
Intussen trekt de schaduw langzaam over de tuin, wat niet alleen zorgt voor verkoeling maar ook voor een sfeer van rust. Het is meestal het tijdstip waarop de merels gaan zingen. Al fluitend lijken ze in gesprek te zijn met elkaar. De één zit hoog boven in de grote conifeer van een tuin een end verderop en de andere zit boven op het dak. Ik hou van de merels. Hun gezang heeft zoiets zuivers, puurs en helders. De melodie is nooit hetzelfde en daardoor steeds weer inspirerend. Mijn hart gaat er van open en ik voel een soort verliefdheid voor deze vogel als dit prachtige geluid door de avond klinkt. "It fills up my sences". Het duurt nooit heel lang en ik vind het altijd jammer als het weer over is.
Daarna verstilt alles nog meer. Het teken dat de dag bijna voorbij is. Het geeft me een “day is done”- gevoel. Tijd om achterover te leunen, voetjes omhoog, kopje thee erbij en relaxen. Nog even genieten van de laatste momenten in de tuin. 
Ik zie dan altijd paradijselijke beelden voor me van Bounty-stranden met een ondergaande zon en een hangmat tussen twee palmbomen; het ultieme beeld van ontspanning voor mij. Ik stel me voor hoe mijn voeten half wegzakken in het nog lauwwarme zand als ik over het strand slenter waar de wuivende palmbomen steeds langere schaduwen op het zand werpen maar waar het nog warm genoeg is voor een verkoelende duik in de kraakheldere blauwe zee. Me bewust van al mijn zintuigen geniet ik met volle teugen van dit zorgeloze moment en voel me vrij.

Maar ja ... al is mijn hoofd aan de andere kant van de wereld, ik zit hier op mijn bankje in Nederland. En dagdromen is niet zelden een uiting van een verborgen wens om op een andere plek te willen zijn. Dus ik haal me terug uit de fantasie en kijk weer mijn tuintje in. Met tevredenheid zie ik dat mijn moestuintje er mooi bij ligt. Alles staat er fris bij: de courgetteplant met haar prachtige geel-oranje bloemen, de broccoli-plantjes en de kruiden, ook de radijsjes komen al op. Ik voel me de koning te rijk. Ik geniet van de vogeltjes die nog even hun laatste bad komen nemen in het gietijzeren vogelvijvertje. Ik voel het avondbriesje als een zachte aai over mijn wangen gaan en hoor op de achtergrond nog wat insecten zoemen in de laatste zonnestralen. De eenvoud van Zijn. Gewoon hier en nu in de achtertuin. Wat wil een mens nog meer?

Ik realiseer me ineens dat aandachtig hier Zijn zonder het anders te willen en verbonden zijn met alles wat er nú is, in feite alles is waar het om draait. In het hier en nu is meestal alles perfect. Alleen de gedachte dat het anders moet of beter zou kunnen en onze zorgen over de toekomst, al is het maar over iets dat over een seconde zou kunnen gebeuren, halen ons uit het nu en daarmee uit "aanwezig zijn".
Ik besluit, zoals de zen monnik Thich Nhat Hanh zo mooi zegt, met liefdevolle aandacht mijn adem te volgen. Terwijl mijn gedachten steeds stiller worden en ik me bewust ben van mezelf en mijn omgeving geniet ik van de levensstroom die mijn longen in en uitstroomt, als een zachte golf die zich ritmisch op het strand uitrolt en zich daarna weer terugtrekt. De "adem des levens" die elke cel van mijn lichaam lijkt te strelen en vullen met nieuw leven. Een gelukzalig gevoel en grote dankbaarheid overspoelen me en ik word me gewaar van het Wonder van het Leven en voel haar passie bruisend door mijn aderen stromen  …